donderdag 27 januari 2011

Komt wel goed, schatje

Mijn lief is voor zijn werk in Parijs. Ik vind het prima om alleen te zijn, ik vermaak me wel. Maar ik vind het leuker om samen te zijn. Dus als hij een dag van 14 uur maakt vind ik het vooral fijn als hij dan weer thuiskomt. Als hij zijn koude lijf tegen mijn warme slaperige lichaam drukt en ik zijn lippen in mijn nek voel. Als ik 's ochtends wakker word en tegen hem aan kan kruipen.

Wanneer hij, zoals nu, niet thuis slaapt, krijg ik lieve welterusten- en goedemorgensmsjes. Ik heb een paar hele leuke dagen gehad met hele lieve mensen. Maar wat is het fijn om af en toe iets tegen iemand te kunnen zeggen. Of alleen al te weten dat dat kan. Iemand die alles van je pikt en bij je wil blijven omdat hij van je houdt en met je wilt trouwen en kindjes krijgen.

Ik ben zo moe. Al een hele tijd. Mijn hoofd werkt niet zoals ik zou willen, maar zelfs nog minder goed dan het de afgelopen maanden deed. Mijn lijf is, net als mijn hoofd, moe. Moe van pijn, moe van teleurstellingen, moe van alles. En dan wil ik tegen mijn lief, mijn liefde, warmte, veiligheid aankruipen. En dat hij zegt: ''t komt wel goed schatje.' Want dan geloof ik dat, even.

Toch ben ik gewend geraakt aan het feit dat hij veel weg moet. Ik had niet gedacht dat ooit te kunnen, daar aan wennen. Ik voel me niet zo alleen als vorig jaar. Maar wat zou het fijn zijn als hij thuis bleef.

Ik wil me niet zo afhankelijk voelen als ik nu doe. Ik voel me kinderachtig en egoistisch, want hij geniet van zijn baan, maar hij geniet minder omdat hij weet hoe moeilijk ik het nu heb. En toch tel ik de dagen af. Nog twee nachtjes voor hij thuiskomt. En op een dag werkt mijn lijf weer mee en doet mijn hoofd weer wat ik wil. Dan kan ik opnieuw leren leven. Dan is het allemaal goed, schatje.

zondag 23 januari 2011

Thanks, love

Ik stelde het me voor, vroeger. Hoe het zou zijn om mijn prins op het witte paard te vinden. Ik zwijmelde weg bij romantische verhalen, zong vol verwachting en hoop liedjes over liefde en hoe die je wereld verandert. En ik durf het niet te vaak te zeggen, niet te vaak te denken, bang dat het txe9 fijn is om waar te kunnen zijn, of blijven, allemaal. Maar ik vond mijn prins. 

Het is zo raar, om opeens je alles te delen met iemand die je daarvoor niet kende. Het is wennen, en fantastisch en doodeng. Het voelt zxf3 goed, mijn lief en ik, dat het me eigenlijk niet eens uitmaakt hoe lang het duurt. Want vooral sinds de dood van Andreas ben ik constant aan het genieten van het nu. En ik heb zoveel geleerd, zoveel gevoeld, zoveel gekregen in de tijd dat ik mijn lief liefheb. 

Het is niet zoals ik het me voorstelde, niet zoals ik had kunnen bedenken. Het is anders, en soms veel beter. Hij voelt als een vangnet, als frisse lucht, als de zon, als muziek, als een warm bad, als een deken, als een vriend. En hij houdt ook van mij. En hij blijft bij me, omdat we ondanks alle shit het zo goed doen, samen. We voelen goed.

Dus ik zeg graag dat we gaan trouwen en mooie kindjes gaan maken. En dat we over 60 jaar nog net zo gelukkig met elkaar zijn als nu. Maar stel dat het nou niet zo mag zijn.. Als het mis gaat tussen ons, binnenkort of over een hele tijd.. Dan heeft de liefde me wel een verdomd mooie tijd gegeven. 

dinsdag 4 januari 2011

2010 - deel 4

In oktober was ik een jaar ziek. Ik stond op een punt waarop ik nooit gedacht had te staan. Ik ging regelmatig naar de psychologe die eigenlijk ook niet zo goed wist hoe ze me kon helpen. Maar het hielp al om met iemand te praten die ik niet kende, over hoe machteloos ik me voelde, hoe alleen, hoe ziek. Ondertussen was ik ook naar een irisscopist geweest, die me probiotica had gegeven. Op dat moment slikte ik bij elkaar 17 medicijnen per dag. Ik voelde me ziek.
Toen werd het november. Mijn lief vond dat ik Wajong moest aanvragen. Ik voelde me er nog zieker door. Voor elke stap vooruit deed ik er twee achteruit. We probeerden zoveel mogelijk leuke dingen te doen samen. Maar wat was het frustrerend als dat niet lukte, als ik niet eens mee kon gaan boodschappen doen, als ik 's middags omviel van pijn en moeheid. Ik begon me langzaam te realiseren dat ik waarschijnlijk in januari nog steeds geen stage kon lopen, iets dat ik zo gehoopt had. Dagen begonnen voorbij te vliegen, terwijl ik op de bank hing en beter wilde zijn. Eind november zei ik tegen mijn lief: "en toch. Tóch ben ik gelukkig. Is dat niet raar?"
December 2010. Net als elk jaar vol feestdagen en verjaardagen. Veel lieve mensen om me heen, veel lieve woorden gehoord. Tijdens het natafelen op 2e kerstdag zei broertje Y.:" jij hebt toch eigenlijk een kutleven." Ik probeerde hem uit te leggen dat hoe ziek ik soms ook was, hoe veel pijn ik vaak ook had, ik me ook de positieve dingen realiseerde. Ik had echt hele lieve vrienden, familie, en mijn lief. Ik had ook een ergere ziekte kunnen hebben. Ik geniet van de momenten waarop het allemaal wel even gaat.
En zo realiseerde ik me, in die laatste dagen van 2010, dat het toch eigenlijk wel een mooi jaar was geweest. Werd ik weer bevestigd in hoe fijne vrienden ik heb. Werd ik nog zekerder van de liefde tussen mijn lief en mij. Het enige dat anders zou willen in 2011, is een beetje meer gezondheid.

2010 - deel 3

De coloscopie was.. hel. Het was nog erder dan de eerste. Alles er aan was erger. Het laxeermiddel had een citroensmaakje, waardoor het niet alleen nog steeds smerig was, maar ik sindsdien ook niet normaal citroen kan ruiken zonder misselijk te worden. Hoe goed ik ook voorbereid was, niks kan je hier op voorbereiden. Met een hypergevoelige darm, waarbij alles wat er langs komt pijn doet, is het nog erger. Ik lag met een krampende lege darm te huilen op de bank, opgekruld onder de deken. Ik was het zat. "Ik wil niet meer, ik wil niet meer", fluisterde ik tegen mijn lief, die van ellende ook niet wist wat hij moest doen, hoe hij kon reageren. De volgende dag moest ik weer naar de wc. Er kwam dan wel alleen een doorschijnende vloeistof uit, ik was wel een beetje verbaasd, ik zou ondertussen toch echt leeg moeten zijn. Ondertussen had ik al 24 uur niet gegeten en was er twee liter laxeermiddel, plus nog vier liter andere vloeistoffen door mijn darmen gegaan. We maakten ons klaar om te gaan. Van de vorige keer wist ik nog dat ik toen ik bijkwam uit het roesje ik enorm honger had gehad. Voedsel ingeslagen voor twee dagen dus, en op naar de kliniek.
Ik kreeg de zelfde rare wijde broek aan als vorige keer, met een gat van achteren. Ik ging alvast liggen terwijl we op de zuster wachtten en voelde me eigenlijk wel rustig. Straks zou ik een prik krijgen en hoewel ik heel erg pijn zou hebben, ik zou het na afloop toch allemaal niet meer weten. Toen kwam de zuster binnen. Ze zei tegen me dat het praktischer zou zijn als mijn lief in de wachtkamer zou wachten. Toen begon ik zó te huilen. Ik wist wel dat ik het me niet zou kunnen herinneren, maar het idee daar alleen pijn te moeten lijden na zo'n vreselijke 24 uur stond me enorm tegen. De zuster schrok en zei dat hij wel mocht blijven, maar dan moest hij wel in de hoek op een stoel blijven zitten. Ik vond het allang best, als hij maar mocht blijven. Ik voelde me enorm kinderachtig, maar was blij dat hij bij me zou zijn. Toen kwam mijn MDL-arts binnen. Hij controleerde mijn hartslag en vroeg hoe het ging. Ik zei dat ik er heel erg tegenop zag en dat ik minstens zoveel verdoving als vorige keer wilde hebben. Hij lachte en zei dat hij dat zou regelen. Hij legde kort de procedure uit, al wist ik het nog van vorige keer. Het enige nieuwe was dat ze nu tot in mijn dunne darm zouden gaan kijken, en meer biopten zouden nemen. Toen kreeg ik de verdoving en het volgende dat ik me herinner is dat ik wakker werd en mijn lief naast me zat in de uitslaapkamer.
Net als vorige keer was ik behoorlijk in de war en schijn ik dingen meerdere keren gevraagd en gezegd te hebben. Ik herinnerde me wel dat ik vorige keer echt niet zo'n pijn had gehad. Ik moest eigenlijk nog even slapen, de ingreep had langer geduurd dan vorige keer en ik had veel meer verdoving gekregen. Maar het enige dat ik wilde was naar huis, dus ik deed mijn best wakker te blijven. Ik heb wat gegeten en toen de MDL-arts binnenkwam vertelde hij dat het goed was gegaan. Mijn darm was nog best vies geweest, gezien het feit dat ik zo goed had gelaxeerd. Dit was wel een bevestiging dat er echt iets niet goed ging daaro. Hij had heel veel biopten genomen, door de hele darm heen. Daardoor en doordat het langer had geduurd deed het waarschijnlijk meer pijn dan vorige keer. Sowieso was dat al een pijnlijke bedoening, vanwege de overgevoeligheid van mijn darm. Maar goed, ik mocht naar huis zodra ik kon staan. Dus probeerde ik pijn en duizeligheid te negeren waarna we naar huis gingen.
Voor zover ik me kan herinneren heb ik de week erna vooral geslapen. We hadden het bed opgezet in de woonkamer en tussen het slapen door keek ik af en toe televisie. Na een week begon mijn hoofd eindelijk wat helderder te worden, al bleef mijn buik ontzettend pijn doen. Tijd ging langzaam, maar uiteindelijk werd het dan toch oktober.

2010 - deel 2

Tegen juni had ik het hele jaar al opgezien. Mijn lief ging naar Zuid-Afrika en ik bleef thuis. Maar ik had een missie: als hij thuis zou komen zou ik beter zijn. En er is een week geweest waarin ik dacht dat het beter ging. Waarin ik dacht dat het eindelijk over zou zijn allemaal. Maar de pijn kwam net zo hevig, zo niet heviger, terug. Ondertussen ging ik nergens meer heen zonder laptop en webcam, we spraken elkaar bijna elke dag. Bizar als je bedenkt hoe klein de afstand tussen Zuid-Afrika en ons kikkerlandje dan is. We deelden liedjes, foto's en gebeurtenissen met elkaar. En ik had de ene afspraak na de andere, vermaakte me met vrienden en met voetbal kijken. Ik was gelukkig.
In juli verloor Nederland van Spanje in de WK-finale. Mijn lief kwam eindelijk thuis. We verdwenen naar Turkije en in elkaar. Opnieuw wennen, en elkaar vinden. Ik was gelukkig.
In augustus begon ik me druk te maken. Ik moest een stage vinden, maar voelde me er niet toe in staat stage te lopen. In de laatste week van augustus werd ik uitgenodigd voor een gesprek. Na dat gesprek realiseerde ik me dat ik nu helemaal niet kon werken, laat staan me er voor 100% ingooien, 42 uur per week. Na met lief en moeder gepraat te hebben besloot ik iets ingrijpends. Ik zou tegen mijn StudieLoopbaanBegeleider (SLB'er) zeggen dat ik te ziek was om stage te kunnen lopen.
Begin september was ik vooral bezig met dingen regelen voor school. Wat kan, wat kan niet. Hoeveel geld moet ik lenen van DUO nu ik geen studiefinanciering meer krijg, en geen stagevergoeding, en geen werk heb. Welke dingen moet ik dit jaar nog regelen. Het werd me even allemaal te veel, en ik werd doorverwezen naar een psycholoog die me zou kunnen helpen omgaan met het ziekzijn. De eerste afspraak had ik eind september, 9 dagen na mijn tweede coloscopie.

maandag 3 januari 2011

2010 - deel 1

Net als vorig jaar schrijf ik op de derde dag van het nieuwe jaar een overzichtje van het vorige. 2010 was een lang jaar. Een moeilijk jaar. 2009 was het jaar van de liefde, 2010 het jaar van de ziekte. Ziek zijn zuigt. Gelukkig waren er genoeg hoogtepunten in 2010, waardoor soms de tijd iets sneller ging, waardoor ik kon blijven lachen, waardoor het uiteindelijk toch een gelukkig jaar was.

Eind januari begon ik met de minor Filosofie. Noodzakelijkerwijs, want toen al was ik te ziek om stage te kunnen lopen. Maar die minor was het helemaal. Ik voelde me compleet op mijn plek. Ik leerde opnieuw luisteren, denken en uitleggen. Hoe meer ik nadacht, hoe zekerder ik werd over mijn leven. Over de manier waarop ik dingen doe en wil. Ik was gelukkig.

In februari kreeg ik mijn eerste coloscopie. Het was vreselijk, de week erna wilde de lucht niet meer uit mijn buik, maar toen dat dan eindelijk lukte was de pijn al snel minder. Het was zo'n geruststelling dat ik dxe1t gehad had en niet meer hoefde. Wist ik veel. Ik leerde steeds meer op school, het ging eigenlijk hartstikke goed en ik was blij dat ik had besloten de minor te doen in plaats van stage te lopen, dat had ik nu echt niet aangekund. Ik bakte taarten, iets dat ik bedacht had dat ik kon doen als mijn lief er niet was. Ze lukten wonderbaarlijk goed. Ik was gelukkig.

In maart had ik een jaar verkering met m'n lief. Een jaar pas, terwijl het voelde alsof we elkaar al jaren kenden. Om het te vieren brachten we een zonnige middag door op Katwijkerzand. Het hondje rende uitgelaten door het zand, wij zaten te knuffelen in de zon in een geul. Ik was gelukkig.

In april gingen mijn lief en ik samen naar Barcelona, waar ik viel voor de overweldigende schoonheid en warmte van die stad. Dagenlang lopen, 's avonds in bad, veel foto's, veel lachen, veel praten. Ik was gelukkig.

In mei werd ik 22 jaar. Mijn lief was in Mexico. Ik was thuis. De avond ervoor was ik bij mijn ouders, kwamen er vrienden langs en hebben we gelachen en gedronken. Net als de voorgaande jaren sliep ik samen in bed met mijn jarige broertje, zodat we 's ochtends de eerste waren die elkaar feliciteerden. Die ochtend kwam er een bezorger met een grote bos rode rozen aan de deur, van mijn lief. Die middag kwamen familie en vrienden, en de moeder van mijn lief. Ik was gelukkig.