Het vliegje werd wakker en keek om zich heen. Het had heel veel broertjes en zusjes. Hij keek naar de lucht en voorspelde dat het een zonnige dag zou worden. Zijn broertjes en zusjes begonnen met elkaar te spelen, en om elkaar heen te vliegen alsof ze niks beters te doen hadden. Het vliegje wist het wel! Hij zou dit de mooiste dag ooit maken. Hij spreidde zijn vleugeltjes en begon met het verkennen van de weidse wereld waarin hij was beland. Toen hij een tijdje bezig was geweest met verkennen begon hij zich te vervelen. Hij daalde neer op een bloem, die hem vriendelijk goededag wenste. Hij keek om zich heen en vroeg zich af wat hij nu zou kunnen doen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten