vrijdag 9 december 2011

Door en door en door

Vroeger was het vrij duidelijk. Met hoofdpijn/keelpijn/spierpijn/verkoudheid/buikpijn bleef ik werken/naar school gaan, tot ik ook koorts kreeg. Dat was een signaal van mijn lichaam dat ik opvatte als: "Ho stop! Je gaat te ver!" Nu ik eigenlijk constant pijn heb vind ik het lastiger te bepalen wanneer ik beter thuis kan blijven om uit te zieken. Blijf ik thuis als ik mijn bed niet kan uitkomen? Blijf ik thuis als ik slecht geslapen heb? Blijf ik thuis als ik al moe ben na het douchen? Blijf ik thuis als mijn broek niet dicht kan? Blijf ik thuis als ik de dag ervoor veel pijn had? Blijf ik thuis terwijl ik al een dag thuis ben geweest die week?

Bij al deze situaties moet ik op het moment zelf beslissen. Als ik mijn bed nu niet kan uitkomen, lukt dat over een half uur misschien wel. Als ik slecht geslapen heb is de kans klein dat ik dat verhelp door een ochtendje te slapen, bovendien komt dat niet-slapen vaak door de pijn. Als ik uitgeput ben na het douchen heb ik weinig keus, maar rust ik dan uit om wat later te beginnen? Als mijn broek niet dichtkan, moet ik hem dan niet gewoon openlaten met een lange trui er overheen? Als ik de dag ervoor veel pijn had, wil dat niets zeggen over vandaag, behalve dat ik waarschijnlijk erg moe zal zijn.

Vaak ga ik wel. Meestal ga ik wel. En volgens mij komt dat vooral doordat ik dat zelf zo graag wil. Níet gaan is een teken van zwakte. Afgelopen maanden is het vaak voorgekomen dat ik één dag in de week thuis moest blijven. Maar nooit langer dan 1 dag achter elkaar. Überhaupt zelden vaker dan 1 dag. Ik vond dat ik veel te veel thuis was. Maar nu ik dit zo opschrijf vind ik het best wel meevallen, voor een chronisch zieke.

Langzaam begin ik iets te ontdekken. Als je meestal wél gaat, wanneer ga je dan niet? Waar ligt de grens? Voor anderen is dat ook niet duidelijk. Koorts is duidelijk. Koorts is thuisblijven. Maar ik heb bijna constant verhoging. Soms blijf ik thuis en voel ik me na een half uurtje al beter. Maar het is ook wel eens voorgekomen dat ik dan toch naar mijn stage ging, en daar aangekomen huilend terug naar huis wilde.

Waar is die grens? Ik weet het vaak niet. Soms vraag ik aan lief R. wat ik moet doen, puur omdat ik me beroerd voel en niet wil hoeven nadenken over of ik er voor ga of niet. Want ik rek die grens van me zo vaak op. En zo vaak doe ik er een stapje teveel overheen. Kreeg ik vanochtend het advies om uit te zieken (virus) van de huisarts, zit ik nog geen 10 minuten later op de fiets.

En ik merk dat mensen dat als vanzelfsprekend gaan aannemen. Ik doe dingen snel en grondig, ondanks de pijn. Ik kom opdagen, vooral op dagen dat het móet. Ik doe veel dingen niet, omdat ik 's ochtends naar stage ben geweest. Dat spijt me. Ik zou graag de rest van de dag nog hebben voor fijne dingen. Soms lukt dat hoor, dan ga ik door en door en door, en dan heb ik het leuk. Maar dan betaal ik daar de prijs voor. En als die prijs is dat ik de volgende dag mijn bed niet uitkom, dan voel ik me schuldig dat die leuke dingen wel lukten, maar stage niet. Daarnet zei een lief oud-klasgenootje van me via Twitter dat ze het zo knap van me vindt, dat ik doorga, ondanks alles. En ik merkte dat ik dat af en toe moet horen. Dat het bijzonder blijft, dat ik doorga.

Ik ga dingen doen omdat (ik denk dat) mensen ze van me verwachten. Omdat, toen ik me vorige keer zo en zo voelde, en voor dezelfde beslissing stond, ik ze ook gedaan heb. En ik realiseer me dat ik niet aan verwachtingen hoef te voldoen. Ik ben er niet om anderen tevreden te houden.

Maar vooral mijn eigen verwachtingen, mijn eigen maatstaven, mijn eigen lat. Die zijn vaak te hoog. En ze veranderen ieder uur. En daar word ik zo verdrietig van.

maandag 28 november 2011

Importeren

Jeeej!

Het is me gelukt om alle berichten van mijn oude stekkie naar hier te verplaatsen. Qua opmaak klopt het nog niet helemaal, maar ben in elk geval weer compleet!

Vreemde vrouw

Er wordt aan de deur geklopt. Als ik open doe, zie ik een vrouw staan met wat post in haar handen.

"Zeg, 2B is er niet." Ik blijf stil, wachtend op de rest van de zin.
"Tweee Beeee" (heel langzaam en nadrukkelijk).
Ik: "O. Kan ik iets aannemen?"
Vrouw: "Nee, 2B (ze wijst naar mijn huisnummer). TWEEE BEEE is er niet."

Dan snap ik wat ze bedoelt.. Ik woon op 2A, ze had zeker niet gezien dat 2B het huis ernaast was. En ze denkt waarschijnlijk dat ik achterlijk ben. Of niet Nederlands. Of doof. Of alledrie.

Dus ik zeg: "2B is hiernaast."

Mevrouw loopt zonder nog iets te zeggen weg.
Ik roep haar achterna: "dus het ís er wel!"

zondag 27 november 2011

Verhuizen

Was ik vorige week nog zwaar teleurgesteld over het feit dat we voor geen van de drie huisjes waren ingeloot, deze week verheug ik me op de verhuizing die in januari gaat plaatsvinden. Afgelopen dinsdag werden we gebeld dat er een appartement vrij was gekomen, maar nog niet op Funda stond, of wij wilden komen kijken.. Dus wij naar Almere, waar het appartement zich bevind, en eigenlijk waren we meteen enthousiast! Twee slaapkamers, een ruime badkamer, in totaal ruim 70m2, een mooie locatie.

Afgelopen vrijdag is het voorlopig koopcontract ondertekend. Onze hypotheekadviseur is as we speak een mooi hypotheekplan aan het opstellen. Over twee weken hebben we een gesprek met hem. En dan weten we helemaal zeker of we gaan verhuizen en wanneer we gaan verhuizen. Tot die tijd vermaak ik me met fantaseren over een nieuwe keuken, dromen over een bad, en nadenken over kleuren voor de muren. Ik heb er zin in!

maandag 21 november 2011

Helaas..

Voor geen van de huizen die we zaterdag hebben bekeken zijn we ingeloot.. Bummer! Hierbij ligt de huizenjacht meteen een beetje stil, aangezien lief R. volgende week maandag naar het WK Bobsleeën moet om twee weken in de bergen te werken.

Blijkbaar zat "ons huis" hier niet tussen maar het zal vast ergens op ons wachten!

zondag 20 november 2011

Huisjes

Mijn lief en ik zijn op zoek naar een koophuis. Een appartement, om precies te zijn. Waar we dus samen gaan wonen, en gelukkig zijn, en misschien zelfs een kindje mogen kunnen gaan krijgen..

Gisteren hebben we vier huizen gezien, bij drie ervan werden we enthousiast. We hebben ons ingeschreven en horen morgen of we ingeloot zijn of niet. Ondertussen hebben we alle voors en tegens tegen elkaar opgewogen en hebben we wel een top 3, maar er valt van alledrie wel iets leuks en eigens te maken. Nou hebben we al twee keer dit enthousiasme gevoeld en zijn we ook weer teleurgesteld, dus we wachten maar gewoon rustig af. Meer kun je ook niet echt doen bij een loting natuurlijk!

ANYHOW! Dat huizen zoeken en kijken en misschien wel kopen, dat vind ik dus echt superleuk. Maar soms ook wel eng. Want we maken Plannen. We kijken 5 a 10 jaar vooruit. En ergens beangstigt dat me enorm. Want de afgelopen jaren heb ik zo ontzettend met de dag geleefd, genoten van het nu en met een mentaliteit van "het komt zoals het komt en dan zien we wel". En nu moet ik dus opeens een soort van Volwassen zijn. En Plannen maken. Over beebies en hypotheken en woonplaatsen en samenlevingscontracten.

Maar gelukkig kan ik dat samen doen met de allerliefste. En dat maakt het allemaal zoveel minder eng, en zoveel fijner.

vrijdag 18 november 2011

Weekend!

En nu lekker bij pappa en mamma. Het huis is stil, zonder broertjes.
Straks verft pappa mijn haar en kijken we samen Heroes.
Daarna naar vriendin L. om bij te kletsen.
En dan ga ik naar huis, waar mijn lief op mij wacht.
Soms ben ik zo heelheel gelukkig.

dinsdag 15 november 2011

Hij...

...komt thuis met venkelthee, omdat ik daar regelmatig vruchteloos naar zoek in de supermarkt, en het zo'n fijne thee voor mijn buik is.

woensdag 12 oktober 2011

Wc-woensdag #5

Kijk mij eens braaf op tijd zijn met wc nummer 5!

Samen met lief R. was ik laatst in de IKEA in Amersfoort. Ik hou van IKEA.We hebben banken, kastjes, laatjes, bedden en keukens getest en zijn uiteindelijk thuisgekomen met twee pannen en twee planten. Maar het is leuk om te merken dat we wel ongeveer dezelfde smaak hebben, qua spullen en kleuren. Ik verheug me op de dag dat we een nieuw huis hebben en daadwerkelijk banken en keukens kunnen gaan uitzoeken!

Anyhow, nu over wat echt belangrijk is.. De IKEA wc!


Wat een fijne wc mensen! Op het eerste gezicht is dit een "plons"pot, maar... Hij plonst dus niet! Stiekem is het gat best klein waardoor er aan de voorkant een soort plateautje zit. Hier landt de drol netjes, en rolt dan het gat in. Ik wil ook zo'n wc! For obvious reasons. Want: geen plons, maar ook meteen de drol in het water, dus minder stank!

Volgende keer bij IKEA dus ook maar even de verkoopbare wc's bekijken.

vrijdag 7 oktober 2011

Vakantiegeluk

Lief R. en ik waren samen in Portugal.Wat was ik gelukkig, wat hebben we genoten. Het voelde zo goed, samen. Na twee jaar buik-ellende. Met al mijn huilbuien, pijn, stemmingswisselingen. Met zijn onmacht. Met leren leven met ziekzijn. We zijn er en we staan sterk en we zijn zo gelukkig samen. Dit is leven. Dit is liefde. Dit is tranen van geluk.

donderdag 6 oktober 2011

Wc-woensdag #4

Ik ben dus niet zo goed in die wc-woensdag, dat is duidelijk. Maar goed, ik ging op vakantie en nam mee.. mijn telefoon+camera. Speciaal voor iedereen die wel eens vliegt, een beoordeling van een Schiphol-toilet.


Zoals u misschien ziet heeft de wc geen spoelknop. Dat vind ik gunstig, want spoelknoppen zijn SMERIG. Vooral in openbare toiletten. Naast de spoelsensor(?) hangt ook nog een toiletbrilreiniger. I likes that. De wc is wel een "plons"pot, dat is dan weer jammer. Maar vriendin L en ik bedachten verschillende theorieën daar over, die ik bevestigd zag op Google. 

Voordelen van een "plons"pot:
Drol is soms zwaar genoeg om meteen in de hals te glijden en dus te verdwijnen.
Drol stinkt minder wanneer hij in het water ligt.
Pot wordt minder vies.

Toch vind ik het voordeel van een "verhoginkje" voor drie tellen. GEEN PLONS!

Maar goed. Het is dus prima vertoeven op de Schiphol-toiletten. Bovendien waren de wc's erg schoon, ondanks de duizenden mensen op Schiphol elke dag. Een aanrader mensen. (Fijner dan een vliegtuigtoilet, met enge geluiden en turbulentie en mensen die voor je deur staan te wachten.)

dinsdag 4 oktober 2011

Even tussendoor

Het viel me op dat mensen op Facebook en Twitter het woord 'kut' vaak als kud spellen. Is dat omdat kud minder naar klinkt? Omdat ze hebben geleerd niet te mogen vloeken? Omdat ze het daadwerkelijk als kud uitspreken?

Zo. Nu weer aan het werk.

woensdag 14 september 2011

Wc-woensdag #3

Wc nummer 3!

Laatst ben ik met mijn lief en zijn broertje bij "Horrible Bosses" geweest. Normaal houd ik niet zo van de grappen die in "grappige" films gemaakt worden, maar ik heb van deze film erg genoten! Zou hem zo nog eens willen kijken.

Maarrr het ging natuurlijk vooral om de wc die ik daar in JT Hilversum Euro tegenkwam!



De bril plakte. De ruimte stonk en was halfdonker. Als je één keer op de spoelknop drukt gebeurt er niks, het is een soort pompje. Na een keer of 5 indrukken (en evenzoveel paniekmomentjes) spoelt er een lading water door de pot.

So NOT my favourite toilet!

Wel met verhoging, dat dan weer wel.

Moe

Maanden geleden klaagde ik tegen mijn lief dat ik zo graag eens niet moe wilde zijn. Of wel moe, maar niet na een dag op de bank. Niet moe van ziekzijn, van pijn, van stemmingswisselingen. Niet moe van mezelf, moe van de situatie. Gewoon een keertje moe op de bank ploffen met een voldaan gevoel. Dat leek me zo lekker.

De afgelopen weken heb ik lange dagen gemaakt. De week naar Het Grote Project toe heb ik een dubbele werkweek gemaakt. En ik was niet de enige, mijn collega's met mij. Maar ik dus ook! Ik ook. Want ik kon dat. Ik kan mijn lijf dwingen mee te werken. Dwingen niet ziek te zijn. En in de laatste week van augustus lukte me dat een week lang. Het Grote Project was geslaagd, ons team was top, en ik was, nee ben, zo verdomd trots op mezelf.

Maar nu ben ik moe. Moe met een diepe zucht en zware ledematen. Moe met trillende stem en huilbuien. Niet-kunnen-denken-moe. Lam-op-de-bank-moe. Niet lekker moe. Daar ben ik voorbij geschoten. Maar het is zo fijn op deze manier moe te zijn. Ik heb dingen gedaan, véél dingen gedaan. Mijn lijf en ik hebben dat mooi wel geflikt. Nu kan ik af en toe niet eten omdat me dat teveel energie kost. Mijn lijf doet pijn van moe-heid. Het fietsen naar mijn stage duurt bijna twee keer zo lang als normaal. En ik ben zo verdomd trots op mezelf.

Volgende week ga ik met mijn lief op vakantie. Dat heb ik zo ontzettend verdiend.
Lekker.

woensdag 24 augustus 2011

Wc-woensdag

Tijd voor wc nummer 2!


Een wc waar ik stiekem toch ook veel tijd op doorbreng: de wc op mijn stage. Vaak als ik klaar ben met mijn stagedag denk ik: nog even snel naar de wc. Dan kies ik uit het rijtje toiletten in de damestoiletruimte (hoe nóem je dat?) de meest linkse die vrij is. Net zoals dat ik in de bus altijd op dezelfde plek ga zitten. Nou ja. Ik ben dan ook een beetje vreemd. 

Hoe dan ook! Dit is een fijne wc. Hij heeft een verhoginkje en spoelt flink hard door. Dat laatste is echter ook meteen een nadeel, soms spoelt 'ie zo hard dat er druppels over de rand vliegen, en dat is dan weer erg smerig. Vind ik. Bovendien zijn er mensen die nooit hebben geleerd dat als je een grote boodschap doet er dan soms sporen achterblijven. Daar is een toiletborstel voor bedoeld, lieve lui. Als 'ie vies is maak ik hem altijd schoon, voor ik ga zitten. Tja. Nou ja. Ik ben heel blij met een toiletbrilreiniger trouwens, die je rechtsboven ziet hangen. Alleen is deze altijd leeg.

Deze wc wordt eigenlijk steeds minder fijn, als ik het allemaal zo opnoem. Hmm.

Nou ja. Ik zit er altijd op mijn gemak en zou graag zo'n wc thuis willen hebben. En dan altijd schoon achterlaten. Dus dat. En nou ben ik moe en vind ik het tijd voor bed.

maandag 22 augustus 2011

Onzichtbaar ziek

Dank jullie wel, voor alle lieve woorden. Voor alle smsjes, WhatsAppjes, Facebookberichten en reacties. Voor al het medeleven, voor al het begrip.
Wauw.
Daar ben ik even stil van.

(Maar ik begrijp dat ik daarna hard aan de slag moet hier, met zoveel nieuwe lezers!)

(Voor wie niet weet waar ik het over heb: lees dit)

woensdag 17 augustus 2011

Wc-woensdag

Soms moet ik nú naar de wc. Niet omdat ik het anders in mijn broek doe, maar omdat ik als ik het ophoud ik nog een week extra last van mijn buik heb. Het eerste wat ik doe als ik een ruimte binnenkom is rondkijken waar de wc zou kunnen zijn. Dankzij mijn fijne pasje kán ik ook overal naar de wc. Hierdoor zie ik veel verschillende wc's en weet ik vaak precies waar ik fijn even kan zitten of waar ik beter m'n ogen dicht kan knijpen en zo snel mogelijk weer weg wil zijn. Want zoals ik zei, niet gaan is geen optie.

Anyhow, samen met peetoom F. bedacht ik dat het leuk zou zijn om een wc-collage te maken. Gekke opschriften, schone potten, geen wc-papier, ik ga de wc's waar ik kom vastleggen. De foto's ga ik hier zo vaak mogelijk plaatsen, maar in ieder geval elke woensdag. Zo heb ik ook een stok achter de deur om in ieder geval elke woensdag wat te plaatsen.


 
 wc
  uitzicht

Vandaag begin ik met de wc waar ik verreweg het meest op zit. Mijn eigen vertrouwde pot. Zoals je ziet is het behelpen, een kleine ruimte. Mijn knieën komen praktisch tegen de douchedeur aan en mijn hoofd bijna tegen de cv-ketel. Toch kun je er fijn zitten. Zeker als het allemaal veel pijn doet en lang duurt is het fijn om gewoon thuis te zitten. Bovendien heeft lief R. een autoradio in de badkamer geïnstalleerd (lang verhaal) dus ik kan ook nog lekker muziek luisteren. De pot zelf is niet zo prettig, het fijnst vind ik een wc met een verhoginkje, die dan lekker hard doorspoelt. Dit is gewoon een gat, dus plonst het behoorlijk waardoor je billen nat worden. Dan voel ik me zo vreselijk vies! Dus ik schuif vaak zo ver mogelijk naar voren zodat ik gebruik kan maken van de schuine voorkant van de pot. Als ik later "groot" ben wil ik een pot zonder plons! Nou, wc nummer 1 is een feit. Ben benieuwd hoe lang ik dit plannetje vol ga houden!

zondag 31 juli 2011

De hoogte van mijn lat

Ik ben moe. Ik ga maar door en door en vergeet om af en toe nee te zeggen. Mijn hoofd wil zo graag zo veel, en ik voel dat mijn lijf hard werkt, maar mijn hoofd niet kan bijhouden. Lijf en hoofd voelen als twee verschillende dingen, terwijl ze elkaar zo hard nodig hebben. Mijn hoofd wil meer dan mijn lijf kan. Dat vind ik niet leuk.

Het is moeilijk om dat te accepteren. Op mijn stage werk ik te hard en te lang, en nog heb ik het gevoel dat ik tekortschiet omdat ik weet dat ik zoveel meer zou kunnen. Als ik gezond zou zijn. Maar dat ben ik niet. Dat moet ik mezelf blijven zeggen want ik verdring het. Opdrachten neem ik enthousiast aan en ik negeer het stemmetje dat zegt: 'maar.. Zou je dat nou wel doen?'. Aan mijn collega's ligt het niet, ze zijn bereid alles van me over te nemen, sturen me regelmatig naar huis als ik weer te lang blijf en zijn heel begripvol. Toch mis ik veel, met mijn halve dagen werken. Projecten worden bedacht en afgerond, ik krijg resultaten te zien maar mis delen van het proces. Ik mis vaak de lunch en de teambuilding die daar bij komt. Maar dat moet dus maar.

Behalve leren accepteren, moet ik leren loslaten. Anders ren ik mezelf voorbij en dat kan nooit goed zijn. Ik leg de lat zelf het hoogst, verwacht meer van mezelf dan anderen verwachten. Ik doe zo mijn best. Maar mijn lijf heeft rust nodig. Die lat moet omlaag, want zo hoog kan mijn lijf niet springen.

vrijdag 8 juli 2011

Genieten

Ik loop stage bij Mediasmarties. Een website die leerkrachten en ouders adviseert over het gebruik van kindermedia. We organiseren in september de eerste Kindermediaweek. De afgelopen maand ben ik druk bezig geweest met een activiteitenpakket voor basisscholen, BSO's en kinderopvang. Gisteren namen we de promo op voor het Fanfestijn dat ook in die week plaats vind. Dat deden we op de basisschool van mijn broertjes, het leek de school erg leuk om mee te werken.

Het was een chaotische drukke waanzinnige lange leuke en leerzame dag. Ik heb de hele dag door het gebouw gerend, fungeerde als contactpersoon voor de leerkrachten, kinderen en het Mediasmarties-team. Ik weet van mezelf dat ik het lichamelijk kan, zo'n dag. Ik kan mijn lijf dwingen om mee te blijven doen met mijn hoofd. Dus rende ik van hot naar her, suste leerkrachten dat het allemaal wel goed zou komen en heb maar twee nu-weet-ik-het-even-niet-meer-momentjes gehad. Gelukkig heb ik fantastische collega's en hadden we allemaal het gevoel dat we die dag allemaal precies dat gedaan hebben waar we goed in zijn.

Na afloop besloten we met z'n allen nog wat te gaan eten, om de lange dag af te sluiten. Geen team-uitje zorgt voor meer teambuilding dan dat we gisteren hadden.

Gisteren voelde het voor het eerst in lange tijd alsof ik weer meedraaide met de wereld. Ik was daar waar ik moest zijn, deed wat ik moest doen en trok me niets aan van mijn lichaam. Ik sliep gisteren om 9 uur, heb nu gigantische buikpijn, spierpijn in mijn benen van het op en neer rennen van de trappen en heb het gevoel dat ik nog 10 uur zou kunnen slapen. Maar wat heb ik genoten. Ik herkende me weer even als mezelf. De prijs die ik daar vandaag voor betaal is dat meer dan waard.

woensdag 15 juni 2011

Houder van deze kaart..

Vanmiddag ontving ik voor het eerst het ledenblad van de PDSB, Prikkelbare Darm Syndroom Belangenvereniging. Dat blad interesseerde me verder niet zo, lidmaatschap van de PDSB geeft me echter een hoop mogelijkheden! Ik kan diëtisten raadplegen, meepraten op de fora en heb toegang tot verschillende artikelen mbt PDS. Maar waar ik nog het meest blij mee ben is dit:




Nooit meer alles laten vallen in een winkel, om de dichtstbijzijnde openbare toilet te zoeken. Nooit meer wachten in de rij voor de toiletten als ik niet kán wachten. Ik word er bijna emotioneel van. Bijna.

Dit pasje niet nodig hebben zou namelijk helemáál tof zijn.

dinsdag 14 juni 2011

Toch verhuisd

Na vele jaren dindin ben ik dan toch verhuisd. Ik was al een hele tijd niet echt meer tevreden over webstreepjelog, maar ook niet meer met de titel van mijn online dagboek. Vroeger was dindin mijn bijnaam, een koosnaampje van mijn ouders dat liefdevol werd overgenomen door mijn peetouders en sommige van mijn vrienden. Maar ik voel me al jaren geen dindin meer, en ik word nog slechts sporadisch zo genoemd.

Een naam voor mijn nieuwe log bedenken vond ik vreselijk moeilijk, dat was dan ook lang de grootste drempel, naast mijn vertrouwde plekje verlaten. Het is geworden Just My Ride. Ik kwam op het idee door het nummer van Jem, Just A Ride. Het gaat over dat wat het leven je ook brengt, leven doe je toch wel, dus je kunt er maar beter van genieten. Dat wil ik meer doen, genieten. Ik laat me meevoeren door de achtbaan die het leven heet. Ik wil zoveel ik kan genieten van mijn Ride.



Het is nog even uitzoeken hoe ik mijn oude logjes het beste hier kan krijgen, volgens mij kan dat echt alleen door logje voor logje in te voeren. Volgens webstreepjelog heb ik er 401 geschreven dus dan ben ik wel even bezig. Ik ben nu al blijer met wat Blogspot kan dan ik ooit op mijn oude log was, dus dat zit alvast goed!

maandag 13 juni 2011

Just my Ride

It's just a ride, it's just a ride
No need to run, no need to hide
It'll take you all around
Sometimes you're up, sometimes you're down

It's just a ride, it's just a ride
Don't be scared now dry your eyes
It may feel so real inside
But don't forget enjoy the ride


Jem - Just A Ride

dinsdag 31 mei 2011

Write like there's nobody reading

Okee. So much for the Blogrevival. Ik ben nog steeds aan het beademen hoor, niet schrikken. Het gaat alleen wat trager dan ik hoopte. Maar goed. Mijn lief maakt soep dus ik besloot te schrijven.
Ik mis schrijven. Daarnet dacht ik aan de volgende zinnen:

"You've gotta' dance like there's nobody watching,
Love like you'll never be hurt,
Sing like there's nobody listening,
And live like it's heaven on earth."
-William W. Purkey

Ik realiseerde me dat ik nog steeds vooral schrijf voor de mensen die mijn log komen bezoeken. Dat moet anders. Hoe fijn ik die sporadische bezoeker ook vind, ik ga weer voor mezelf schrijven. Schrijf, alsof niemand het leest. Dus ik blijf hier, ik ga hopelijk weer wat meer schrijven, en ik ga dat vooral voor mezelf doen. Niet omdat het moet. Omdat ik het wil.

woensdag 25 mei 2011

Soms kan ik het niet meer

Dag twee. Weer liet ik bijna verstek gaan. Maar ik ben er hoor, en ik type. Al gaat dat niet gemakkelijk, met moe lijf en hoofd. Want vandaag was de vijfde achtereenvolgende dag dat ik VRESELIJKE pijn had. Nou heb ik normaal gedurende de hele dag buikkrampen. Dus ik zeg regelmatig: "au mijn buik". Of: "ik heb een beetje buikpijn" (understatement). Maar de afgelopen vijf dagen waren buitengewoon. Zoveel pijn dat ik niet kan ademhalen, drinken, plassen, nadenken zonder te huilen van de pijn. En ik ben echt wel wat gewend geraakt na ruim anderhalf jaar pijn.
Dat duurde elke dag zo'n 6 uur, die pijnaanval. Uren waarin ik schreeuw, huil, of alleen apatisch voor me uit staar en zo stil mogelijk blijf liggen. Uren die me opbreken. Want met die pijn kan ik niet doen alsof ik niet ziek ben. Kan ik niet mijn grens nóg een beetje opschuiven. Kan ik niet tóch doen wat ik van plan was. Die pijn maakt me kapot. En dan kan ik alleen nog maar huilen, en jammeren, en fluisteren: "ik kan het niet meer. Ik wil niet meer. Ik kan dit niet. Ik wil geen pijn." En dan voel ik me klein en kinderachtig, maar ik kán niet anders. De pijn verlamt me en maakt me iemand die ik niet wil zijn.
De pijn maakt een meisje van me dat ik mijn lief niet toewens. Een dochter die ik mijn ouders niet gun. Ik word er klein, kinderachtig en afhankelijk van. DAT WIL IK NIET. Dat KAN ik niet. 
Ik doe zo mijn best om te zijn wie ik wil zijn. Maar soms kan ik dat niet meer. Dus nu kruip ik uitgeput in bed en hoop dat morgen mijn lijf me met rust laat. Zodat ik weer even mezelf kan zijn.

dinsdag 24 mei 2011

Blogrevival

Ik heb even getwijfeld. Ik vergat het bijna. Ik heb al twee weken vreselijke pijn en ben moe.
Maar ik ga het toch proberen. Ik doe mee met de blogrevival. Het leven van mijn blog hangt al tijden aan een zijden draadje. En dat van mij is niet het enige verwaarloosde blog. Er zijn er meer, van die blogs die eerst elke dag aandacht kregen, toen wekelijks, en nu alleen maar zo af en toe. Deze week worden die halfvergane blogs nieuwe adem ingeblazen. De beheerder schrijft een week lang elke dag een logje. Ik heb geen idee of het lukt. Want ik ben moe. En ik heb pijn.
Maar ik wil schrijven. Dus YEAH. Ik ben begonnen met reanimeren.

zaterdag 9 april 2011

Ziek maar rijk

Gisteren verwoordde mijn lief het precies zoals het voelt. Dit is ongeveer wat hij zei. "Je hebt twee Adinda's die tegen je praten. Eén op je linkerschouder en de ander op je rechterschouder. Die op je linkerschouder is ziek, en schreeuwt en fluistert in dingen je oor waar de rechter-Adinda het niet mee eens is. Maar de linker-Adinda kan er niks aan doen, ze is ziek."
Zo voelt het. Ik denk en voel dingen waar ik tegelijkertijd van walg, waardoor ik boos op mezelf word. Boos op die zieke Adinda, agressief door dingen die ik denk en die ik méén als ik ze denk. En terwijl ik op zo'n moment wel weet dat het komt doordat ik ziek ben en moe en mijn hoofd niet goed werkt, ben ik tegelijkertijd bang dat het zo blijft. Dat ik die jaloerse, egoïstische, hysterische, zich vastklampende Adinda blijf. En dat mijn lief die Adinda zat raakt, zoals ik haar zat ben.
De gezonde Adinda is nog niet sterk genoeg om tegen de zieke Adinda in te gaan. Gelukkig is er dan mijn lief. Mijn lief, die zegt dat het allemaal wel goed komt. Mijn lief, die van mij houdt ondanks mijn rare buien. Mijn lief die fluistert dat ik lief en leuk ben en dat hij altijd bij me blijft. Mijn lief, die ik op dat moment niet geloof, maar waar ik de volgende dag zo ontzettend veel genegenheid en dankbaarheid voor voel. Mijn lief gelooft dat de gezonde Adinda wint. Al is het maar omdat ik zo van mezelf walg als ik zo'n bui heb. Ik wíl helemaal niet zo zijn. Ik wíl leuk en lief zijn.
Wij verdienen dit niet, mijn lief en ik. We hoeven die zieke Adinda niet. Dus moet ik de rechter-Adinda sterker maken. Zodat de linker-Adinda stopt met schreeuwen, dan stopt met fluisteren, dan slechts nog sporadisch te horen is. Tot ik haar niet meer hoor en mezelf weer herken. Dat ik geloof dat ik lief en leuk ben en mijn lief bij mij wilt blijven. Dat ik me sterk voel, me niet meer schuldig voel, niet meer hysterisch raakt.
Ik krijg sinds kort hypnotherapie, heb een stage gevonden voor vier uur per dag en probeer twee keer per week te sporten. Ik kom er wel. En tot die tijd houdt mijn lief mij vast. Ik ben zo rijk.

maandag 4 april 2011

Ziekzijn moet je kunnen

Laatst zat ik in de bioscoop met mijn lief en zijn moeder. We gingen naar King's Speech, een goede film trouwens, met een indrukwekkende cast. Het ging niet zo heel goed met me die dag en de rest van de week zou ik alleen maar depressiever worden, door ziekzijn en zorgen en dat té lang. Maar dat wist ik toen nog niet en we gingen naar de bioscoop.
En ineens, BAM, overviel het me. De film was nog niet begonnen en er waren trailers bezig. Bij de trailer van deze film voelde het alsof ik een klap in mijn gezicht kreeg. In de film krijgt een vrouw te horen dat ze kanker heeft. Op een gegeven moment zegt ze ietwat hulpeloos: "ik weet helemaal niet of ik dat kan, ziek zijn". Verdomme, dacht ik. En ik huilde. Want ziekzijn, of het nu dat vreselijke kanker is, of welke andere langdurige ziekte dan ook, dat moet je inderdaad maar kunnen. Je moet leren dat je ziek bent. Het aanpassen, grenzen stellen, hulp vragen, dat moet je maar kunnen. Omgaan met onbegrip en machteloosheid, van anderen maar ook jezelf, dat moet je maar kunnen. Omgaan met de woede en het verdriet. Verdomme, dacht ik. Ik kan dat helemaal niet.
Nú weet ik dat ik dat dus wel kan. Ik zie dat alleen niet op die depressieve momenten, die regelmatig voorkomen. Maar ondertussen ben ik ruim anderhalf jaar ziek en weet ik precies waar mijn grens ligt, ik weet wat mijn lijf kan en wanneer mijn hoofd het opgeeft. Ik móet wel om hulp vragen want ik kán het niet alleen, ziekzijn. Soms voelt het zo vreselijk alleen. Soms lijkt het alsof het alleen maar erger wordt allemaal in plaats van beter. Maar soms zijn er gouden momentjes. En als ik dan gelukkig ben, of trots, of alleen maar even blij, dan weet ik dat ik het kan, ziekzijn. Met alle hulp die ik krijg. En op een dag ben ik niet alleen maar Ziek, maar slechts ziek, terwijl ik leef en leef en leef.

donderdag 24 februari 2011

Blind

Wat zou de wereld mooi kunnen zijn, dacht ze. Als ze maar zou kunnen zien. Ze wist dat ze op een bankje zat. Ze hoorde kinderen rennen en lachen. Ze voelde een hond met zijn snuit tegen haar scheenbeen duwen. Ze rook de lente. Ze hoorde vogeltjes. De wereld zou zo mooi zijn, als ze nou toch maar kon zien. Toen voelde ze de romp waar ze tegenaan leunde. De arm om haar schouder. De lippen die zachtjes tegen haar slaap drukten. En ze wist: op een dag zie ik weer. Tot die tijd wordt er voor mij en met mij gekeken, zodat ik straks weer zelf kan genieten van al het moois.

donderdag 17 februari 2011

Dirty old man

Gisteravond laat liet ik het hondje uit. Ik loop dan om een grasveld aan de overkant van de straat heen. Meestal kom ik zo laat niemand meer tegen, hooguit een andere hondenbezitter die snel langsloopt en knikt. Nu zag ik een oudere man een auto uitstappen. Ik dacht: 'die komt laat pas thuis'. Ik liep toch al ongeveer zijn richting op dus ik kon mooi even kijken waar hij heen liep, nieuwsgierig als ik ben. Zijn linkerbroekspijp zat van achteren in zijn sok. Hij liep vrij langzaam, maar wel vastberaden in de richting van de begraafplaats. Meteen schoten er wilde gedachten door mijn hoofd. Misschien was zijn vrouw wel gestorven, en miste hij haar vreselijk. Normaal zou zij het tegen hem gezegd hebben, dat van die broekspijp. Wie weet, misschien kwam hij van een verjaardag, van zijn dochter die steeds meer op haar ging lijken. Misschien wilde hij even met haar praten, zoals ze vroeger samen praatten, als hij ergens mee zat. Ik was ondertussen halverwege het rondje met het hondje en ging iets langzamer lopen omdat ik benieuwd was of hij inderdaad naar de begraafplaats liep. Plots hield de man zijn pas in, keek om zich heen en draaide mij de rug toe. Toen hoorde ik het. Een harde straal, het geluid van kletterend vocht op blaadjes. Hij stond te plassen. Tegen de heg van de begraafplaats. Het duurde verbazingwekkend lang voor hij zijn broek dichtritste en verder liep. Mijn rondje was klaar en ik liep richting mijn huis, terwijl de man bleef lopen in tegengestelde richting van waar zijn auto stond. Toen ik de sleutel in het slot stak keek ik nog een keer om. Ik kon de man al haast niet meer zien. Hij stond even stil naast een lantaarnpaal in de verte. Er kwamen geen verhalen meer in mijn hoofd en zachtjes sloot ik de deur.

donderdag 27 januari 2011

Komt wel goed, schatje

Mijn lief is voor zijn werk in Parijs. Ik vind het prima om alleen te zijn, ik vermaak me wel. Maar ik vind het leuker om samen te zijn. Dus als hij een dag van 14 uur maakt vind ik het vooral fijn als hij dan weer thuiskomt. Als hij zijn koude lijf tegen mijn warme slaperige lichaam drukt en ik zijn lippen in mijn nek voel. Als ik 's ochtends wakker word en tegen hem aan kan kruipen.

Wanneer hij, zoals nu, niet thuis slaapt, krijg ik lieve welterusten- en goedemorgensmsjes. Ik heb een paar hele leuke dagen gehad met hele lieve mensen. Maar wat is het fijn om af en toe iets tegen iemand te kunnen zeggen. Of alleen al te weten dat dat kan. Iemand die alles van je pikt en bij je wil blijven omdat hij van je houdt en met je wilt trouwen en kindjes krijgen.

Ik ben zo moe. Al een hele tijd. Mijn hoofd werkt niet zoals ik zou willen, maar zelfs nog minder goed dan het de afgelopen maanden deed. Mijn lijf is, net als mijn hoofd, moe. Moe van pijn, moe van teleurstellingen, moe van alles. En dan wil ik tegen mijn lief, mijn liefde, warmte, veiligheid aankruipen. En dat hij zegt: ''t komt wel goed schatje.' Want dan geloof ik dat, even.

Toch ben ik gewend geraakt aan het feit dat hij veel weg moet. Ik had niet gedacht dat ooit te kunnen, daar aan wennen. Ik voel me niet zo alleen als vorig jaar. Maar wat zou het fijn zijn als hij thuis bleef.

Ik wil me niet zo afhankelijk voelen als ik nu doe. Ik voel me kinderachtig en egoistisch, want hij geniet van zijn baan, maar hij geniet minder omdat hij weet hoe moeilijk ik het nu heb. En toch tel ik de dagen af. Nog twee nachtjes voor hij thuiskomt. En op een dag werkt mijn lijf weer mee en doet mijn hoofd weer wat ik wil. Dan kan ik opnieuw leren leven. Dan is het allemaal goed, schatje.

zondag 23 januari 2011

Thanks, love

Ik stelde het me voor, vroeger. Hoe het zou zijn om mijn prins op het witte paard te vinden. Ik zwijmelde weg bij romantische verhalen, zong vol verwachting en hoop liedjes over liefde en hoe die je wereld verandert. En ik durf het niet te vaak te zeggen, niet te vaak te denken, bang dat het txe9 fijn is om waar te kunnen zijn, of blijven, allemaal. Maar ik vond mijn prins. 

Het is zo raar, om opeens je alles te delen met iemand die je daarvoor niet kende. Het is wennen, en fantastisch en doodeng. Het voelt zxf3 goed, mijn lief en ik, dat het me eigenlijk niet eens uitmaakt hoe lang het duurt. Want vooral sinds de dood van Andreas ben ik constant aan het genieten van het nu. En ik heb zoveel geleerd, zoveel gevoeld, zoveel gekregen in de tijd dat ik mijn lief liefheb. 

Het is niet zoals ik het me voorstelde, niet zoals ik had kunnen bedenken. Het is anders, en soms veel beter. Hij voelt als een vangnet, als frisse lucht, als de zon, als muziek, als een warm bad, als een deken, als een vriend. En hij houdt ook van mij. En hij blijft bij me, omdat we ondanks alle shit het zo goed doen, samen. We voelen goed.

Dus ik zeg graag dat we gaan trouwen en mooie kindjes gaan maken. En dat we over 60 jaar nog net zo gelukkig met elkaar zijn als nu. Maar stel dat het nou niet zo mag zijn.. Als het mis gaat tussen ons, binnenkort of over een hele tijd.. Dan heeft de liefde me wel een verdomd mooie tijd gegeven. 

dinsdag 4 januari 2011

2010 - deel 4

In oktober was ik een jaar ziek. Ik stond op een punt waarop ik nooit gedacht had te staan. Ik ging regelmatig naar de psychologe die eigenlijk ook niet zo goed wist hoe ze me kon helpen. Maar het hielp al om met iemand te praten die ik niet kende, over hoe machteloos ik me voelde, hoe alleen, hoe ziek. Ondertussen was ik ook naar een irisscopist geweest, die me probiotica had gegeven. Op dat moment slikte ik bij elkaar 17 medicijnen per dag. Ik voelde me ziek.
Toen werd het november. Mijn lief vond dat ik Wajong moest aanvragen. Ik voelde me er nog zieker door. Voor elke stap vooruit deed ik er twee achteruit. We probeerden zoveel mogelijk leuke dingen te doen samen. Maar wat was het frustrerend als dat niet lukte, als ik niet eens mee kon gaan boodschappen doen, als ik 's middags omviel van pijn en moeheid. Ik begon me langzaam te realiseren dat ik waarschijnlijk in januari nog steeds geen stage kon lopen, iets dat ik zo gehoopt had. Dagen begonnen voorbij te vliegen, terwijl ik op de bank hing en beter wilde zijn. Eind november zei ik tegen mijn lief: "en toch. Tóch ben ik gelukkig. Is dat niet raar?"
December 2010. Net als elk jaar vol feestdagen en verjaardagen. Veel lieve mensen om me heen, veel lieve woorden gehoord. Tijdens het natafelen op 2e kerstdag zei broertje Y.:" jij hebt toch eigenlijk een kutleven." Ik probeerde hem uit te leggen dat hoe ziek ik soms ook was, hoe veel pijn ik vaak ook had, ik me ook de positieve dingen realiseerde. Ik had echt hele lieve vrienden, familie, en mijn lief. Ik had ook een ergere ziekte kunnen hebben. Ik geniet van de momenten waarop het allemaal wel even gaat.
En zo realiseerde ik me, in die laatste dagen van 2010, dat het toch eigenlijk wel een mooi jaar was geweest. Werd ik weer bevestigd in hoe fijne vrienden ik heb. Werd ik nog zekerder van de liefde tussen mijn lief en mij. Het enige dat anders zou willen in 2011, is een beetje meer gezondheid.

2010 - deel 3

De coloscopie was.. hel. Het was nog erder dan de eerste. Alles er aan was erger. Het laxeermiddel had een citroensmaakje, waardoor het niet alleen nog steeds smerig was, maar ik sindsdien ook niet normaal citroen kan ruiken zonder misselijk te worden. Hoe goed ik ook voorbereid was, niks kan je hier op voorbereiden. Met een hypergevoelige darm, waarbij alles wat er langs komt pijn doet, is het nog erger. Ik lag met een krampende lege darm te huilen op de bank, opgekruld onder de deken. Ik was het zat. "Ik wil niet meer, ik wil niet meer", fluisterde ik tegen mijn lief, die van ellende ook niet wist wat hij moest doen, hoe hij kon reageren. De volgende dag moest ik weer naar de wc. Er kwam dan wel alleen een doorschijnende vloeistof uit, ik was wel een beetje verbaasd, ik zou ondertussen toch echt leeg moeten zijn. Ondertussen had ik al 24 uur niet gegeten en was er twee liter laxeermiddel, plus nog vier liter andere vloeistoffen door mijn darmen gegaan. We maakten ons klaar om te gaan. Van de vorige keer wist ik nog dat ik toen ik bijkwam uit het roesje ik enorm honger had gehad. Voedsel ingeslagen voor twee dagen dus, en op naar de kliniek.
Ik kreeg de zelfde rare wijde broek aan als vorige keer, met een gat van achteren. Ik ging alvast liggen terwijl we op de zuster wachtten en voelde me eigenlijk wel rustig. Straks zou ik een prik krijgen en hoewel ik heel erg pijn zou hebben, ik zou het na afloop toch allemaal niet meer weten. Toen kwam de zuster binnen. Ze zei tegen me dat het praktischer zou zijn als mijn lief in de wachtkamer zou wachten. Toen begon ik zó te huilen. Ik wist wel dat ik het me niet zou kunnen herinneren, maar het idee daar alleen pijn te moeten lijden na zo'n vreselijke 24 uur stond me enorm tegen. De zuster schrok en zei dat hij wel mocht blijven, maar dan moest hij wel in de hoek op een stoel blijven zitten. Ik vond het allang best, als hij maar mocht blijven. Ik voelde me enorm kinderachtig, maar was blij dat hij bij me zou zijn. Toen kwam mijn MDL-arts binnen. Hij controleerde mijn hartslag en vroeg hoe het ging. Ik zei dat ik er heel erg tegenop zag en dat ik minstens zoveel verdoving als vorige keer wilde hebben. Hij lachte en zei dat hij dat zou regelen. Hij legde kort de procedure uit, al wist ik het nog van vorige keer. Het enige nieuwe was dat ze nu tot in mijn dunne darm zouden gaan kijken, en meer biopten zouden nemen. Toen kreeg ik de verdoving en het volgende dat ik me herinner is dat ik wakker werd en mijn lief naast me zat in de uitslaapkamer.
Net als vorige keer was ik behoorlijk in de war en schijn ik dingen meerdere keren gevraagd en gezegd te hebben. Ik herinnerde me wel dat ik vorige keer echt niet zo'n pijn had gehad. Ik moest eigenlijk nog even slapen, de ingreep had langer geduurd dan vorige keer en ik had veel meer verdoving gekregen. Maar het enige dat ik wilde was naar huis, dus ik deed mijn best wakker te blijven. Ik heb wat gegeten en toen de MDL-arts binnenkwam vertelde hij dat het goed was gegaan. Mijn darm was nog best vies geweest, gezien het feit dat ik zo goed had gelaxeerd. Dit was wel een bevestiging dat er echt iets niet goed ging daaro. Hij had heel veel biopten genomen, door de hele darm heen. Daardoor en doordat het langer had geduurd deed het waarschijnlijk meer pijn dan vorige keer. Sowieso was dat al een pijnlijke bedoening, vanwege de overgevoeligheid van mijn darm. Maar goed, ik mocht naar huis zodra ik kon staan. Dus probeerde ik pijn en duizeligheid te negeren waarna we naar huis gingen.
Voor zover ik me kan herinneren heb ik de week erna vooral geslapen. We hadden het bed opgezet in de woonkamer en tussen het slapen door keek ik af en toe televisie. Na een week begon mijn hoofd eindelijk wat helderder te worden, al bleef mijn buik ontzettend pijn doen. Tijd ging langzaam, maar uiteindelijk werd het dan toch oktober.

2010 - deel 2

Tegen juni had ik het hele jaar al opgezien. Mijn lief ging naar Zuid-Afrika en ik bleef thuis. Maar ik had een missie: als hij thuis zou komen zou ik beter zijn. En er is een week geweest waarin ik dacht dat het beter ging. Waarin ik dacht dat het eindelijk over zou zijn allemaal. Maar de pijn kwam net zo hevig, zo niet heviger, terug. Ondertussen ging ik nergens meer heen zonder laptop en webcam, we spraken elkaar bijna elke dag. Bizar als je bedenkt hoe klein de afstand tussen Zuid-Afrika en ons kikkerlandje dan is. We deelden liedjes, foto's en gebeurtenissen met elkaar. En ik had de ene afspraak na de andere, vermaakte me met vrienden en met voetbal kijken. Ik was gelukkig.
In juli verloor Nederland van Spanje in de WK-finale. Mijn lief kwam eindelijk thuis. We verdwenen naar Turkije en in elkaar. Opnieuw wennen, en elkaar vinden. Ik was gelukkig.
In augustus begon ik me druk te maken. Ik moest een stage vinden, maar voelde me er niet toe in staat stage te lopen. In de laatste week van augustus werd ik uitgenodigd voor een gesprek. Na dat gesprek realiseerde ik me dat ik nu helemaal niet kon werken, laat staan me er voor 100% ingooien, 42 uur per week. Na met lief en moeder gepraat te hebben besloot ik iets ingrijpends. Ik zou tegen mijn StudieLoopbaanBegeleider (SLB'er) zeggen dat ik te ziek was om stage te kunnen lopen.
Begin september was ik vooral bezig met dingen regelen voor school. Wat kan, wat kan niet. Hoeveel geld moet ik lenen van DUO nu ik geen studiefinanciering meer krijg, en geen stagevergoeding, en geen werk heb. Welke dingen moet ik dit jaar nog regelen. Het werd me even allemaal te veel, en ik werd doorverwezen naar een psycholoog die me zou kunnen helpen omgaan met het ziekzijn. De eerste afspraak had ik eind september, 9 dagen na mijn tweede coloscopie.

maandag 3 januari 2011

2010 - deel 1

Net als vorig jaar schrijf ik op de derde dag van het nieuwe jaar een overzichtje van het vorige. 2010 was een lang jaar. Een moeilijk jaar. 2009 was het jaar van de liefde, 2010 het jaar van de ziekte. Ziek zijn zuigt. Gelukkig waren er genoeg hoogtepunten in 2010, waardoor soms de tijd iets sneller ging, waardoor ik kon blijven lachen, waardoor het uiteindelijk toch een gelukkig jaar was.

Eind januari begon ik met de minor Filosofie. Noodzakelijkerwijs, want toen al was ik te ziek om stage te kunnen lopen. Maar die minor was het helemaal. Ik voelde me compleet op mijn plek. Ik leerde opnieuw luisteren, denken en uitleggen. Hoe meer ik nadacht, hoe zekerder ik werd over mijn leven. Over de manier waarop ik dingen doe en wil. Ik was gelukkig.

In februari kreeg ik mijn eerste coloscopie. Het was vreselijk, de week erna wilde de lucht niet meer uit mijn buik, maar toen dat dan eindelijk lukte was de pijn al snel minder. Het was zo'n geruststelling dat ik dxe1t gehad had en niet meer hoefde. Wist ik veel. Ik leerde steeds meer op school, het ging eigenlijk hartstikke goed en ik was blij dat ik had besloten de minor te doen in plaats van stage te lopen, dat had ik nu echt niet aangekund. Ik bakte taarten, iets dat ik bedacht had dat ik kon doen als mijn lief er niet was. Ze lukten wonderbaarlijk goed. Ik was gelukkig.

In maart had ik een jaar verkering met m'n lief. Een jaar pas, terwijl het voelde alsof we elkaar al jaren kenden. Om het te vieren brachten we een zonnige middag door op Katwijkerzand. Het hondje rende uitgelaten door het zand, wij zaten te knuffelen in de zon in een geul. Ik was gelukkig.

In april gingen mijn lief en ik samen naar Barcelona, waar ik viel voor de overweldigende schoonheid en warmte van die stad. Dagenlang lopen, 's avonds in bad, veel foto's, veel lachen, veel praten. Ik was gelukkig.

In mei werd ik 22 jaar. Mijn lief was in Mexico. Ik was thuis. De avond ervoor was ik bij mijn ouders, kwamen er vrienden langs en hebben we gelachen en gedronken. Net als de voorgaande jaren sliep ik samen in bed met mijn jarige broertje, zodat we 's ochtends de eerste waren die elkaar feliciteerden. Die ochtend kwam er een bezorger met een grote bos rode rozen aan de deur, van mijn lief. Die middag kwamen familie en vrienden, en de moeder van mijn lief. Ik was gelukkig.