dinsdag 22 november 2005

Spiegelbeeld

Ik staar naar mijn gezicht. Naar de pas gewassen, nog vochtige haren. Naar mijn oren, mijn kaak, mijn hals. Mijn kin. Mijn in een glimlach vertrokken mond. Naar mijn neus, mijn ogen. Mijn ogen lachen niet mee. Mijn mond ontspant, en vertrekt dan weer, de mondhoeken deze keer naar beneden. Ik kijk naar de lijnen van verdriet om mijn mond, en opnieuw naar mijn ogen. Langzaam worden ze rood, en dan ook vochtig. Wanneer ik knipper glijdt er een eenzame traan over mijn rechterwang, en trekt een spoor langs de verdrietlijnen. Ik veeg hem weg, wrijf in mijn ogen en herschik mijn haar wat. Ik tover een glimlach tevoorschijn. Ik staar naar mijn gezicht. Hoe kan een spiegelbeeld zo liegen?

8 opmerkingen: